Het uitvergroten en benadrukken van verschillen heeft een nare klank gekregen omdat dit veelal gebruikt wordt om die niet-bestaande verschillen van begrippen of bevolkingsgroepen te benadrukken en voor eigen gebruik/voordeel neer te zetten. Het liefst in boodschapjes van één regel, hooguit één A4-tje en dan zoveel mogelijk te delen om zo een platform te krijgen. Vaak gaat het dan om verschillen die we allang geaccepteerd hebben of waarmee we hebben leren leven. Een enkeling met een afwijkende of zieke ideologie die wil scoren en aanhang verwerven kan met de moderne technologie vandaag de dag eenvoudig een groot publiek bereiken, bewerken en zelfs vergiftigen. Ook conflicten kun je zover uitvergroten (ophitsen) dat er belangenconflicten ontstaan over zaken waarvan je eerder zei dat de kool het sop niet waard was. Helemaal eng wordt het als de ene zienswijze tot waarheid verheven wordt en tot basis van groepsidentiteit gemaakt wordt, terwijl deze beweging automatisch een tegenbeweging creëert die dan weer te vuur en te zwaard bestreden moet worden. Het is dan nog maar een kleine stap om deze waarheid tot zekerheid te verheffen, als leerstelling te verkondigen en zo is er alweer een sekte geboren, dan stokt het denken en loert het gevaar van boze mannen met vaandels met swastika’s (hakenkruisen), rode vlaggen met halve witte manen of witte maskers met rare puntmutsen.

Gelukkig zijn er ook verschillen waar je eigenlijk nooit bij stilstaat en waar het wijsheid kan brengen om deze verschillen eens uit te vergroten om er voor jezelf zicht op te krijgen, diepgang zogezegd. Soms zijn er van die vanzelfsprekendheden die voor je gevoel wel op elkaar lijken maar heel iets anders betekenen. Zo las ik gisteren in de krant de kop ‘Lichaam van Poolse matroos gevonden’. Meteen weet je dan vrijwel zeker dat de man niet meer leeft, hoewel dat er niet staat. Dat voel je gewoon. En dat maakt het interessant, want waarmee voel je dat? Precies, dat voel je in je lijf. Niet in je lichaam en niet in je hoofd, maar in je lijf. Het duidelijkst wordt dit in de term ‘lichamelijke verzorging’ als hulpverleners daartoe lijfelijk contact maken. Dat je lichaam en je lijf over hetzelfde gaan is een gevoel dat blijft wringen. We hebben er veel uitdrukkingen over: het vege lijf redden, de longen uit je lijf schreeuwen, dat heeft niet veel om het lijf, op de sportschool train je je lichaam, luister naar je lichaam, gezonde geest in een gezond lichaam, scheiding van lichaam en geest. Als je er even voor gaat zitten schieten je zo een hele hoop gezegdes en uitdrukkingen te binnen. Maar door dat laatste, de scheiding van lichaam en geest (of ziel), is in het westerse denken de waardering voor lijfelijkheid en het bijbehorende gevoel aardig weggeredeneerd. De scheiding is nog wat nader te duiden, namelijk het lichaam wordt als object ervaren en het lijf als subject. Een lichaam heb je en je lijf, ja, dat ben je zelf, dat ervaar je. Dit gevoelsmatige aspect is in de westerse metafysica aan de kant gedrukt. De Duitse denker Martin Heidegger noemt het ervaren van lijfelijkheid ‘Befindlichkeit’, de bevindelijkheid, oftewel minder letterlijk geformuleerd ‘de stemming’, het gestemd-zijn. Traditioneel en technisch gezien heeft men vooral oog en waardering voor de theoretische en cognitieve aspecten van het menselijk bestaan, los van de stemming waarin de mens verkeert.

Deze stemming is geen toestand die los kan staan van de rest van ons bestaan in de wereld. Nee, het valt ermee samen, kleurt onze blik en beïnvloedt ons gedrag. Als we ons bijvoorbeeld in een norse stemming bevinden, zal dat de manier bepalen waarop we met anderen omgaan en ook bepalen hoe we het gedrag van anderen waarderen. In tegenstelling tot ons idee dat alles maakbaar is, kunnen we stemmingen niet op bevel laten opkomen of verdwijnen. Vreugde, ongeïnteresseerdheid, bedruktheid of angst; deze soort stemming hangt niet van ons zelf af. Er zal altijd iets in de wereld zijn dat aan onze illusie van totale maakbaarheid ontsnapt of zich eraan onttrekt en zo weer onze stemming beïnvloedt.

Dat is dan het aandoenlijke van ons lijfelijk bestaan. Het is niet anders.

Jan Fondse

Open in print-vriendelijk formaat.