Denken in tweetallen om ingewikkelde zaken eenvoudig te laten klinken is erg verleidelijk, maar is eigenlijk nietszeggende borrelpraat. Over bijvoorbeeld Trump en Poetin, Merkel en Macron, Wilders en Rutte, Klaas en Homme wordt eigenlijk niets gezegd, maar heel veel gesuggereerd. Ook Henk en Ingrid zijn een tweetal, maar die worden als icoon ingezet teneinde niet bestaande, gecreëerde verschillen uit te vergroten. Niet binnen het tweetal, maar als tweetal tegen de rest, eigenlijk een beetje puberaal gedrag dus; de opvolgers van Jan Modaal en Excuus Truus; andere namen maar uit dezelfde trukendoos. Jip en Janneke van Annie M.G.Schmidt wordt als tweetal gebruikt om ‘de schare, die de wet niet kent’ niet alleen als onnozel weg te zetten, maar vooral om scheiding aan te brengen. De elite versus de taal van het simpele volk.

Dan hebben we het niet meer over denken in tweetallen maar over tweetallig denken; het zwart/wit denken, dat exclusief is. Het is zwart of het is wit. Wat niet wit is, is dus zwart in dit soort denken. Wie niet vóór ons is, is tégen ons. Als je het maar hard en vaak genoeg roept, zijn er altijd mensen die zulke slogans overnemen. Want de meeste communicatie geschiedt in zulke korte tekstjes, sms (short message service) of wordt ge-appt. Sterker nog, een ‘like’ is genoeg om te laten zien dat je nog meetelt. En wat zijn we er druk mee! (En wat wordt er veel aan verdiend!)

Tweetallig rekenen wordt ook wel binair rekenen genoemd. Rekenen met Nul en Eén. Wat niet waar is, is dus onwaar en wat niet onwaar is, is waar. Let wel, dit heeft niets met waarheid te maken, het is slechts de basis voor de Booleaanse algebra. Weinigen hebben hier kaas van gegeten, maar iedereen gebruikt het. In telefoons, computers, routeplanners kortom alles waar knopjes aan zitten. Prachtige techniek en het heeft ons ver gebracht, tot aan de maan, voorbij de planeten, zelfs tot in de kern van de atomen. We vergapen ons niet alleen aan al die technische hoogstandjes, maar ze zijn ons leven van alledag binnen gedrongen en zijn het leven gaan beheersen. De meesten hebben instrumentele kennis van al die apparatuur, dat wil zeggen dat men de aan/uit knop weet te vinden en het toetsenbord kan bedienen. Meer hoeft ook niet, want dat zoeken de ingenieurs wel uit, veel belangrijker is dat je niet op dezelfde manier gaat denken als het apparaat, tweetallig, binair dus. Goed of fout, allochtoon of autochtoon, arm of rijk, laaggeschoold of hoog opgeleid, oud of jong, 0 of 1. Dit soort binair denken komt goed uit als je mensen tegen elkaar wilt uitspelen, groepen exclusief wilt maken, elkaar uitsluiten dus. Wie niet voor ons is, is tegen ons.

In de jaren ’70 is het technici duidelijk geworden dat je met binair denken de complexere problemen niet kunt oplossen, daar is een ander soort denken voor nodig. De door prof. Lotfi A. Zadeh ontwikkelde fuzzy logic, ofwel vage logica, die onder meer reeds met veel succes wordt gebruikt bij automatische besturing en in tal van elektronica-producten, wordt met veel profijt toegepast. Een belangrijk voordeel van fuzzy logic is dat ook onzekere doch wél relevante kennis, die thans vaak als ‘onwetenschappelijk’ buiten beschouwing blijft, wel betrokken kan worden bij het ontwikkelen van praktisch toepasbare regels. Langzaam, heel langzaam, druppelt nu deze denkwijze ook door naar ons dagelijks leven. We noemden dat altijd al genuanceerd denken, de derde weg. Niet ja of nee, maar ook ‘een beetje’, moet mogelijk zijn. In de fuzzy logic heet dit een lidmaatschap­­­­-functie en wordt uitgedrukt in procenten. En als laatste wil ik daar nog aan toevoegen: het dynamisch denken tegenover het statisch denken. Het denken in schuivende, stromende, vloeiende waarheden tegenover de voor eeuwig vaststaande (vastgeroeste) waarheden.

Gelukkig hoef ik dit niet in Jip en Janneke taal uit te leggen. Ten eerste kan ik dat niet en ten tweede wil ik geen mens onnodig kleineren of beledigen.

Verkleuteren heet dat, toch?

Jan Fondse

Open in print-vriendelijk formaat.