Een gebeurtenis is nooit tragisch in het gebeuren zelf, maar in de beleving van diegene die het gebeurde ervaart. Tragiek heeft te maken met ontwrichting van de wereld waar de mens niet aan kan ontkomen. De mens beslist niet alleen over het leven. Er zijn donkere machten aan het werk waaraan een mens niet kan ontkomen. Daar weten we in Diever alles van want het is het dorp met een ruime Shakespeare ervaring, de schrijver van komedies, drama’s en tragedies. Zo schildert hij de tragiek van King Lear. Gloort er nog hoop? De verzoening met zijn dochter Cordelia kan het leven van Lear zin geven. Haar dood is echter het einde van alle hoop. Gebroken door wanhoop en ellende stort Lear ineen met het lijk van Cordelia.

De tragiek van een ramp is dat met de redding in zicht een goed plan sneuvelt door onwil. Ook dat kennen we in Diever, daar hoeven we niet voor naar het theater, dat staat niet alleen in de krant maar ook op de spandoeken langs de weg. Ook hier gaat het niet om de situatie of gebeurtenis, maar om de ervaring van teleurstelling, verdriet. Nog vanuit de gemeente Diever stamt de belofte omtrent de renovatie van ons Dingspilhuus met een sportzaal. We zijn nu twintig jaar verder en stukje voor beetje wordt die belofte door de rechtsopvolger van de gemeente Diever, de gemeente Westerveld, zonder geldige argumenten, ontkent. Een reeds in ‘den Saksenspiegel’  voorkomende gedachte ‘loofte maket schult’, oftewel ‘Belofte maakt schuld, en die ‘t niet doet die krijgt een bult’.

Eerst is door de gemeente het onderhoud uitgesteld, want de zaak wordt toch binnenkort gerenoveerd. Deze redenatie is door de inwoners lankmoedig geaccepteerd. Maar om in dit treurspel maar eventjes een paar episodes over te slaan, heeft de gemeente nu na twintig jaar besloten dat door achterstallig onderhoud zowel het dorpshuis als de sportzaal rijp zijn voor de sloop. Shakespeare zou zijn vingers aflikken bij het vernemen van zo’n plot. Geheel in stijl met de traditie van Shakespeare worden een lach en een traan vermengd tot een tragie-komedie. De samenspraak van Dolf en Boris helpt om de situatie lachwekkend te maken, maar dan wel als galgenhumor.

Bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen is een meerderheid in de raad ontstaan voor de huidige coalitie. De lijsttrekkers hebben vervolgens besloten géén zitting te nemen in de raad, maar als wethouder toe te treden tot het college van B&W. Deze wethouders, gekozen vertegenwoordigers in de gemeenteraad, maken nu wel een heel merkwaardige draai. Ze verschuilen zich achter raadsbesluiten en stellen zich nu op als blinde uitvoerders. Het excuus dat dit nu een uitvloeisel is van het duale systeem snijdt geen hout. Deze wethouders zijn gekozen als volksvertegenwoordigers en als zij een onmogelijke opdracht van de raad toegeschoven krijgen, dan verwacht je dat zij hun rug recht houden en melding maken van de onuitvoerbaarheid van de opdracht.

Want het beschikbaar gestelde geld voor de renovatie van ons Dingspilhuus blijkt onvoldoende. Verschillende bedrijven hebben daaraan gerekend. Het is mij echter niet bekend dat er vooraf gerekend is aan de grootte van het beschikbaar gestelde budget. Kennelijk was die aanname van de raad onjuist; het maximaal politiek haalbare staat geheel los van de juistheid van het gestelde budget. Is het niet laf om je nu te verschuilen achter een door de tijd ingehaald en bewezen onjuist raadsbesluit? Dan moet je flink zijn en de raad de opdracht als onuitvoerbaar teruggeven. Want het gaat natuurlijk niet aan om een sportaccommodatie te vervangen door een gymzaaltje. Knollen voor citroenen dus.

Na twintig jaar zijn we opgeschoven van “het zal wel”, via “en wat dan nog”, naar de prangende voorliggende vraag “wat nu?”. Heeft er iemand de grootheid en de moed om te erkennen dat er ambtelijk en bestuurlijk fouten zijn gemaakt? Kan er ‘Deus ex machina’ een oplossing neerdalen zoals in de Grieks tragedies?

Jan Fondse

Open in print-vriendelijk formaat.