In tegenstelling tot omvallen en instorten heeft kantelen iets bedachtzaams en geleidelijks in zich, tegelijkertijd ook iets zorgzaams, meer in de richting van neervlijen. Terwijl ombuigen een associatie oproept van pijn doen, net als het woord bezuinigen. Maar allemaal heeft het betrekking op het voortschrijdend inzicht dat we met z’n allen op een verkeerde weg zitten, misschien wel een doodlopende weg. En een doodlopende weg kan ook heel lang zijn. Omvallen, instorten en ontploffen hebben allemaal iets destructiefs in zich, er gaat wat kapot, wordt onbetaalbaar of wordt onbestuurbaar en bovendien kan het je overkomen terwijl je ernaar kijkt. Je handelingen zijn dan ook reactief, het omvallen moet eerst gebeuren voordat je actie onderneemt. Het ergste is dat sommigen het gevaar wel zagen aankomen, maar er niets aan konden doen omdat de rest het gevaar niet wilde zien of simpelweg een andere kant op zijn blijven kijken. Het zal mijn tijd wel duren.

En wat dacht je van oneigenlijke argumenten? Van pappen en nathouden? Een frappant voorbeeld vond ik de beslissing om 2 miljard subsidie te verlenen om bossen te kappen en met dat hout kolencentrales bij te stoken teneinde de CO2-uitstoot te verminderen. Dat alle wetenschappers met de vinger naar hun voorhoofd wezen maakte onze minister niets uit, want die had het fabuleuze argument dat hout bijstoken in kolencentrales niet meetelde voor de CO2-uitstoot omdat dat zo was vastgesteld. En hij kwam hier nog mee weg ook. En zo strompelen we verder op die doodlopende weg, onze ondergang tegemoet. Maar wel met een fiere houding vanwege de electorale steun van het pragmatische niet zo moeilijk doen: het valt allemaal reuze mee, niet zeuren, linkse hobby’s et cetera. Repressieve tolerantie, uitholling en onderdrukking van het protest door gewoon door te drukken wat er altijd al gedaan werd. Sterk verticaal denkwerk dus.

Ombuigen gaat stukje voor beetje en is een langdurend proces. Het is ook iets wat van bovenaf opgelegd wordt. Eigenlijk een beetje maatschappelijk bijsturen om het gevaar van omvallen door te hoge kosten of onherstelbare schade te omzeilen of uit te stellen. Beter gezegd: om wat langer in reservetijd te kunnen doormodderen.

Precies om dit inzicht gaat het bij kantelen, om het verzet of het berusten in wat van bovenaf opgelegd wordt. Of gestimuleerd wordt natuurlijk. Het gaat om de richting: van boven naar beneden en de reactie van beneden naar boven. Bottom-up activiteiten zijn een magische formule geworden om subsidies binnen te hengelen. Maar het blijft ééndimensionaal: vertikaal met overheden, elite, machthebbers en multinationals boven; burgers en consumenten onder. De invloed loopt niet altijd van boven naar beneden maar ook van beneden naar boven. Consumenten acties, stakingen en verkiezingen zijn voorbeelden van beïnvloeding van onderaf. Het gevaar is dat hierin gewenning optreed en vooral moeheid. Want hoeveel en hoe vaak er ook geroepen wordt dat participatie een noodzaak is, bijna niemand voelt die noodzaak (eigenlijk weten we er geen raad mee). Een beetje hier erbij en een beetje daar eraf, het poldermodel bij uitstek, maar elke betrokkenheid is totaal uitgehold. Mooie buitenkant, maar van binnen zonder inhoud.

Kantelen is wel een radicale keuze. Dat betekent dat je het ééndimensionale model van wederzijdse beïnvloeding in verticale zin (boven naar beneden v.v.) kantelt naar horizontaal. Horizontale samenhang vind je in kleinere gemeenschappen. Daar waar je elkaar kent en ziet, waar niet alles tot ver achter de komma geregeld is, waar je fouten mag maken zonder dat je meteen moet opstappen. Waar wellevendheid normaal is en ruimte is om elkaar respectvol terecht te wijzen zonder te veroordelen.

Als niet alles meer draait om het winnen en de winst, verdwijnt ook de angst om te verliezen. Zo komen we misschien af van de alles of niets mentaliteit. Want als het niets wordt, zijn er ook geen winnaars meer.

Jan Fondse

Open in print-vriendelijk formaat.