Over schaarste

by Jan H. Fondse | 05/08/2016 16:07

Schaarste is geen natuurlijke toestand; deze toestand wordt gecreëerd en vervolgens in stand gehouden. Neem als voorbeeld een stuk land. De waarde hiervan hing af van het nut dat het land voor iemand had. Om vee te weiden of voedsel te verbouwen. De hoeveelheid land die iemand kon bewerken was beperkt en als je meer land had dan je nodig had, was dat je tot last. De waarde van zaken hing dus helemaal af van het nut dat ze voor de mens hebben. En als de eigendomsregel inhoudt dat ieder mens zoveel mag bezitten als hij er nut van heeft en gebruikt om te kunnen leven, is dat de waarde. Zolang deze intrinsieke waarde, de gebruikswaarde, uitsluitend de waarde van bezit bepaalt, is er dezelfde overvloed voor iedereen.

Met de introductie van geld, de ruilwaarde volgens politieke economie, is schaarste ontstaan. Immers, na de uitvinding van geld is er geen natuurlijke grens meer aan de hoeveelheid bezit. Mensen willen meer hebben dan ze kunnen gebruiken. Daarvóór bestond er nog geen verleiding om voor meer te werken dan een mens voor zichzelf en zijn familie nodig heeft. Nu echter alles in geld wordt uitgedrukt, zie je dat diezelfde mens plotseling gaat beginnen zijn bezit te vergroten, tot in het absurde aan toe. Tevredenheid slaat dan om in hebzucht. Al deze vroegmoderne denkbeelden van Thomas Hobbes en John Locke staan aan het begin van onze politieke economie. Ook in onze tijd zeggen gezaghebbende economen zoals J.Pen en A.Heertje dat economie meer over mensen gaat dan over geld. En vanzelfsprekend ook over macht.

Eerder vroeg ik mij op deze plaats af of een kleuter met een geladen pistool macht heeft. Dat vind ik nu een foute vraag. Want er speelt hier heel iets anders: dit is namelijk een gevaarlijke situatie. Met genoeg ouderlijk gezag kun je zeggen: “Leg dat eens neer, dat is geen speelgoed.!” , of iets van gelijke strekking. Macht hoort in een geheel andere categorie thuis; waar het gaat om elkaar bedreigen, zoals om winst te behalen, om veilig te kunnen leven en om ieders reputatie hoog te houden. Dan lijkt het ook een redelijke manier van bestaan om te trachten de ander telkens een slag voor te zijn. Macht is dan het vermogen van de mens om, ongeacht wat anderen willen, een bepaald resultaat te bereiken. Doelen worden dan niet meer om zichzelf nagestreefd, maar omdat de ander ze ook wil bereiken. De wedijver om rijkdom, eer, gezag en andere vormen van macht leidt tot twist. De mogelijkheid dat iemand heeft wat hij begeert en daarmee tevreden is lijkt hiermee uitgesloten. Dat verklaart waarom het onaangenaam is iemand zich te zien verijken met andermans geld.

In de economie gaat het niet alleen om de schaarste aan goederen en het geld dat daarmee gemoeid gaat, nee alles is schaarste geworden: welzijn, zorg, gezondheid, schoon water, schone lucht, ja, zelfs tijd. Alles kan daardoor uitstekend in economische termen worden uitgedrukt. Zelfs het bedrag dat uitgegeven mag worden voor een jaar levensverlenging. En wat dacht je van stilte of stiltegebieden? Er dreigt een grotere vraag naar ‘stilte-beleving’. Als elk schaars goed moet stilte dus geadministreerd, beheerd en geregeld worden, dit geeft sommige mensen macht en maakt anderen machteloos en afhankelijk. Er moet geld voor uitgetrokken worden, het moet worden betaald. Overheden gaan daarom o.a. ‘stiltegebieden’ creëren om ook deze ‘menselijke behoefte’ zo goed mogelijk te bevredigen. Moet men natuurgebieden dan maar ontoegankelijk maken? Het moet niet gekker worden.

Nog even en we moeten voor een mooie zonsondergang betalen. Geld, geld, altijd weer dat geld. En wat hou je er uiteindelijk aan over? Snippers.

Jan Fondse

Source URL: https://www.dieverindialoog.nl/over-schaarste/